WIJ VORMEN SAMEN DE WOORDEN

In het landschap waar jij leeft
tussen de bloemenpracht waar jij mag vertoeven,
hoor ik, gedragen op een zachte weide wind,
jouw stem keer op keer.

Woorden vlechten wij ineen,
en vertrouwen nog blozend aan papier,
de zinnen als linten zilver en goud,
en strooien zo met liefde.

En mogen woorden als druppels zijn?
Dan laten wij het regenen in oren.
Bladzijden vol als stromende rivieren;
zodat Gods woord kan vloeien van boven naar benee.

Leonard Zonneveld